De oervorm van het schaakspel is duizenden jaren oud, waardoor er niet veel bekend is over het ontstaan en de vroegste geschiedenis. Het woord schaak is afkomstig van het Perzische woord shāh, dat koning betekent. Ook het woord mat is Perzisch (maata), dat versteld raken betekent. De oudste herkenbare versie van schaken stamt waarschijnlijk uit het zesde-eeuwse Lucknow in Oost-Perzië, nu in Noord-India, en staat bekend als chaturanga, maar er zijn aanwijzingen dat dit spel gebaseerd is op een nog oudere variant voor vier personen die elk aan een zijde van het bord zaten. Verschillende versies van chaturanga verspreidden zich oostwaarts naar China en Japan en, in de vorm van Shatranj, westwaarts naar de Arabische wereld om via Italië en Spanje uiteindelijk tijdens de 11e eeuw in heel Europa door te dringen. Waarschijnlijk hebben de Vikingen hier een belangrijke rol in gespeeld, aangezien de oudste Europese vondsten van schaakstukken langs de kusten zijn. De huidige vorm van het schaakspel ontstond aan het eind van de 15e eeuw in Frankrijk, toen de dame met de huidige machtige mogelijkheden haar intrede deed. Tevoren was de dame of koningin een tamelijk beperkt en zwak stuk. Al halverwege de twintigste eeuw werd geopperd dat het schaakspel mogelijk uit China stamt en recentelijk gaan er weer stemmen op die de oorsprong van het schaakspel daar of in Oezbekistan plaatsen.[4] Volgens een bekende sage was een koning enthousiast over het spel, en vroeg hij de bedenker wat zijn loon moest zijn. De bedenker van het spel wilde een schaakbord hebben met een graankorrel op het eerste veld, twee korrels op het tweede veld, vier op het derde en zo steeds het dubbele aantal graankorrels. Dat leek een bescheiden loon, maar in werkelijkheid oversteeg het aantal graankorrels de totale oogst. Source: Wiki.